Woonakkoord

Het woonakkoord is een akkoord dat in het leven is geroepen door de overheid en bedoeld is om de bouw (en daarmee ook de werkgelegenheid) te stimuleren, energebesparing te bevorderen, starters te helpen en scheefwonen tegen te gaan.

Belangrijkste maatregelen met betrekking tot het kopen en huren van woningen

Een jaarlijkse verhoging van de huur met maximaal 4% boven inflatie (in plaats van 6,5% in het regeerakkoord) voor de mensen met een inkomen boven de € 43.000 per jaar. Voor de mensen met een inkomen tussen de € 33.614 en € 43.000 wordt het 2% boven
inflatie (in plaats van 2,5% in het regeerakkoord). Voor de inkomens tot € 33.614 gaat de huur met 1,5% boven inflatie omhoog.

Voor mensen met een inkomen van hoger dan €43.000 per jaar is er een jaarlijkse verhoging van de huur met maximaal 4% boven inflatie. Personen met een inkomen tussen de €33.614 en €43.000 is dat 2% boven inflatie. Dit was voorheen respectievelijk 6,5% en 2,5%. Voor inkomens tot €33.614 is er een percentage van 1,5% vastgesteld.

De verhuurderheffing die de woningcorporaties zullen moeten afdragen zal langzamer oplopen. Hij bedraagt in 2013 € 50 miljoen en loopt op tot € 1.7 miljard in 2017. De heffing kan volgens het kabinet in de komende jaren grotendeels worden betaald uit de opbrengst van de huurverhoging. Corporaties kunnen ook zelf een bijdrage leveren door verkoop van woningen en efficiënter werken.

De bijdrage van het Rijk aan startersleningen wordt in 2013 verhoogd van € 20 miljoen naar € 50 miljoen. Daarmee kunnen circa 11.000 startersleningen worden verstrekt.

Maatregelen met betrekking tot het bouwen van woningen

Een BTW-verlaging van 21% naar 6% voor bouwwerkzaamheden in de bestaande bouw. Dit geldt per maart 2013 en voor de periode van 1 jaar. Een investeringsfonds van € 150 miljoen voor energiebesparende maatregelen. Dit geldt voor verhuurders en woningbezitters. Het fonds wordt aangevuld met middelen uit de markt, zodat het zal verviervoudigen tot € 600 miljoen.